|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Varkenslapjes met champignon-druivensaus | |||
| ingrediënten: | |||
| Voor 2 personen: 1 sjalot 100 g kleine blauwe druiven 4 stengels bleekselder 0.5 bos peterselie 250 g varkensfiletlapjes zout, peper 2 eetlepels bloem vloeibare margarine 1 zakje champignonsaus aluminiumfolie |
|||
| bereiding: | |||
| Pel en snipper de sjalot. Was de druiven. Maak de bleekselder schoon en snijd de stengels in stukken.
Hak de peterselie fijn. Bestrooi de varkenslapjes met zout en peper en haal ze door de bloem. Verhit 4 kneepjes vloeibare margarine in een koekenpan. Bak het vlees om en om in 8 à 10 minuten goudbruin en gaar. Haal de varkenslapjes uit de pan en houd ze warm onder aluminiumfolie. Fruit de sjalot met de bleekselder in het braadvocht. Voeg de druiven toe en bak ze kort mee. Voeg de saus toe en verwarm alles op middelhoog vuur. Serveer het vlees met de saus en strooi er gehakte peterselie over. Lekker met aardappelgratin of gebakken aardappels. Tip: Je kunt de varkenslapjes ook roosteren. Haal ze niet door de bloem, wrijf ze in met olijfolie, bestrooi ze met zout en peper en rooster ze om en om goudbruin en gaar op de grillplaat. |
|||
 |
|||
| mail dit recept naar een vriend of vriendin | |||
 |
|||