|
|
|
Limburgse kip-kap |
|
ingrediënten: |
|
|
voor ongeveer 1 kilogram kip kap:
1 groot of 2 kleine varkenshammetjes
1 varkenspoot (niet noodzakelijk maar wel goed voor de binding)
300 gram runds- en/of paardenstoofvlees (of een mengeling van beiden)
2 laurierblaadjes
2 dikke uien
4 beschuiten
2 eetlepels azijn
2 bouillonblokjes (rund of desnoods kip)
5 blaadjes gelatine, geweekt in koud water (facultatief)
zout, peper en nootmuskaat |
|
bereiding: |
|
|
Doe het varkensvlees in een ruime kookpot en giet er koud water op tot het net onder staat. Doe er een bouillonblokje, een beetje zout en een laurierblaadje bij en breng zachtjes aan de kook. Laat zachtjes pruttelen tot het vlees gaar is. Bewaar het kookvocht.
Doe net hetzelfde met het runds- en/of paardenvlees. Dit kookvocht mag NIET gebruikt worden in de uiteindelijke bereiding.
Ontbeen het varkensvlees, het geeft niet dat er hier en daar wat stukjes vet tussen zitten.
Draai al het vlees, de beschuiten en de uien door een niet te fijne vleesmolen. Heb je die niet, gebruik dan een keukenrobot maar maal alles niet tè fijn.
Doe deze mengeling in een ruime kookpot en giet er net genoeg kookvocht van het varkensvlees bij tot je een roerbare brij krijgt.
Breng op smaak met de azijn, peper, nootmuskaat en eventueel nog een snuifje zout. Omdat kip kap koud geserveerd word mag je de mengeling goed afsmaken.
Laat alles lichtjes pruttelen, zonder deksel, tot zowat alle vocht ingekookt is. Blijf roeren, anders gaat het aanbranden.
Nu kan je, als je het wil, de gelatine toevoegen. Neem van het warme kookvocht een kleine pollepel af en smelt hierin de vooraf in koud water geweekte gelatine. Giet dit dan terug bij de bereiding en roer alles goed om.
Als het vocht bijna ingekookt is giet je alles in kommen en laat zo snel mogelijk afkoelen.
Serveer met roggebrood en vergeet een flinke lik mosterd niet. |
|
|
|
|
mail dit recept naar een vriend of vriendin |
|
|
|