|
|
Was de abrikozen en wrijf of dep ze droog. Halveer de vruchten en verwijder de pit. Pers de limoen uit. Doe de abrikozenhelften in een kom, besprenkel met limoensap en strooi hier de suiker over. Meng er de geraspte gember door en leg hierop de takjes munt. Dek af met een doek en laat ca. 8 uur staan. Schep zo nu en dan om.
Verwijder de takjes munt hierna en breng abrikozenhelften met het suikermengsel in een ruime pan met dikke bodem aan de kook. Roer onophoudelijk met een houten lepel. Draai de warmtebron lager en laat alles zo’n minuut of 15 zachtjes koken.
Roer zo nu en dan om. Schep eventueel schuim van het oppervlak af. Draai de warmtebron uit. Zet de schone potten op een theedoek op het werkvlak. Vul de potten met een opscheplepel met de abrikozenjam. Draai de deksels op de potten en keer ze om. Laat de potten afkoelen en bewaar de jam koel en donker.
Plak een etiket op de pot of hang er een label aan met daarop de datum van bereiding en wat de inhoud van het potje is.
Dit is een recept van Janny van der Heijden
Tip:
Was de potten waar de jam in bewaard wordt, niet alleen zorgvuldig uit maar zet ze bij voorkeur ook nog even een kwartiertje in een warme oven. Potten met schroefdop zijn het handigst om in ín te maken. De zelfgemaakte jam is (mits koel en donker bewaard) tot wel een jaar houdbaar. |