| |
|
Bereiding:
Doe het gist in een keukenmachine. Voeg geleidelijk, met de machine draaiend, anderhalve deciliter water toe. Meng er honderdvijfentwintig gram bloem door en laat dit afgedekt met huishoudfolie een half uur rijzen. Vermeng het polentameel met de suiker, het zout en de resterende bloem. Vermeng het inmiddels gerezen gistmengsel met de gesmolten boter, de rest van het water, het polentamengsel en een paar druppen vanille-essence. Kneed hiervan een soepel deeg, dat wel iets zacht en plakkerig zal zijn. Vorm er een bal van en laat deze op een warme plek in een afgedekte kom tot twee keer het volume rijzen. Plaats het gerezen deeg op een met bloem bestoven werkvlak en kneed het nog een halve minuut. Vorm er achttien bolletjes van. Plaats deze op een ingevet bakblik en laat ze afgedekt in ongeveer anderhalf uur tot het dubbele volume rijzen. Verwarm de oven voor tot 220 graden en bak de broodjes in ruim een kwartier gaar. Vermeng de twee lepels suiker met een lepel water en bestrijk hier mee de bovenkant van de broodjes. Zet ze nog een minuut terug in de oven. Bestrijk ze tot slot met de sambuca en laat ze afkoelen. Smakelijk ! |
