|
|
Smelt voor de saus de boter in de pan. Snijd de tomaten grof in stukken. Kneus de knoflookteen. Doe de tomaten, de knoflook, de witte wijn, de suiker en het laurierblad bij de boter in de pan. Laat dit, onder af en toe roeren een half uur sudderen. Wrijf het mengsel vervolgen door een zeef en doe het terug in de pan. Breng deze saus op smaak met peper en zout. Week ondertussen de sneetjes brood in water en knijp ze vervolgens goed uit. Kneed het gehakt met het geweekte brood, de komijn, het ei de peterselie en de knoflook tot een soepel mengsel. Breng dit op smaak met peper en zout en kneed aan het eind de groene peperkorrels er door. Verdeel het mengsel in twintig porties. Rol deze tot kleine worstjes en bak ze vervolgens bruin in de olie. Schep de worstjes voorzichtig in de saus en laat ze nog tien minuten sudderen. |