|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| Moestuinterrine | |||
| ingrediënten: | |||
200 gr champignons 1 koffielepel olijfolie 200 gr broccoli 150 gr sperziebonen 300 gr wortelen 150 gr courgettes 150 gr rode paprika 150 gr diepgevroren erwtjes 8 gelatineblaadjes 60 gr fijngehakte sjalot 15 cl noilly 1 brikje vloeibare room 30 gr basilicum 30 gr kervel Zout, peper |
|||
| bereiding: | |||
| Was de champignons en bak ze in een pan met een scheutje olijfolie. Laat ze uitlekken en afkoelen.
Maak de broccolitrosjes los. Schil de wortelen en paprika en was ze. Was de courgettes. Snij deze groenten in lange reepjes. Kook alle groenten apart in gezouten kokend water, maar hou ze lichtjes knapperig. Laat ze uitlekken en afkoelen. Leg de gelatineblaadjes te weken in een kom met koud water. Laat de gehakte sjalot zweten met een scheutje olijfolie. Giet de Noilly erover en roer goed. Giet er vervolgens de room bij en laat even koken. Neem de kom van het vuur, pers de gelatine tussen uw vingers, voeg die eraan toe en meng tot ze helemaal is gesmolten. Breng op smaak met zout en peper. Verdeel de bereiding in twee gelijke delen: aan het ene deel voegt u basilicum toe, aan het andere kervel. Leg ze opzij. Leg de groenten in lagen in een schotel van 25 cm. Wissel de kleuren af en strooi er na elke stap erwtjes over. Bedek elke laag groenten met de Noilly-saus. Zet de kom minstens 12 uur in de koelkast. |
|||
 |
|||
| mail dit recept naar een vriend of vriendin | |||
 |
|||