|
|
De appels wassen en vierendelen (schil en klokhuis niet verwijderen). Aan de kook brengen met de kruidnagels en met zoveel water tot de vruchten onderstaan. Het mengsel flink laten pruttelen. Vervolgens de appels een nacht in een vruchtenzeef laten uitlekken en het sap in een kom opvangen. De volgende dag de suiker op een zacht vuurtje in het appelsap oplossen en het mengsel flink laten doorkoken tot het de gewenste dikte heeft bekomen. De gelei in jambotjes doen en op de gebruikelijke wijze afsluiten. |