|
|
Voor het deeg:
de bloem op tafel storten en er een kuiltje in maken. De gist met 1 dl lauw water mengen, in het kuiltje gieten en een deel van de bloem erdoor werken. Beetje bij beetje meer van het lauwe water toevoegen en goed kneden. Het zout erover strooien, het resterende water toevoegen en nog 10 à 15 minuten kneden. Het deeg moet soepel zijn, met andere woorden, niet te droog of niet te vochtig.
Het deeg in vier gelijke ballen verdelen, in een met bloem bestoven schaal leggen, afdekken met een vochtige doek en op een warme plaats laten rijzen. Als de deegballen in volume verdubbeld zijn, worden ze met een deegroller (of met de hand) tot dunne pizzabodems gevormd.
Vier ronde bakplaten met olie bestrijken en met bloem bestuiven. De pizzabodems erop leggen.
De gepelde tomaten met de helft van de fijngesneden knoflook mixen en deze tomatensaus zeven.
De mosselen schoonmaken, wassen en in een pan met 3 eetlepels olijfolie e n ½ glas water koken tot ze open zijn. De mosselen uit de schelp halen en het kooknat bij de tomatensaus voegen.
De pijlinktvissen schoonmaken, wassen, 10 minuten in gezouten water koken en in ringen snijden. De langoestines schoonmaken en doormidden snijden.
De tomatensaus over de pizzabodems verdelen en bestrooien met wat fijngehakt basilicum. Dan de pizzas keurig beleggen met de zeevruchten, kruiden met zout en bestrooien met oregano en de resterende knoflook. Ten slotte elke pizza besprenkelen met 3 eetlepels olijfolie en in een voorverwarmde oven op de hoogste stand (250 à 300°C) goudbruin bakken. |